Politieke partijen geven hun visie over het technisch onderwijs
Waar liggen de huidige problemen en wat zijn de oplossingen voor de toekomst?
Op het PMG-symposium over de rol van de onderneming in het technisch onderwijs lichtten scholen en bedrijven hun verschillende samenwerkingsvormen toe, en dit voor uiteenlopende studierichtingen en sectoren. Daarnaast vroegen wij ook de mening van alle Vlaamse politieke partijen over de toekomst van het vaktechnisch onderwijs. Vertegenwoordigers van Open VLD, Vlaams Belang, Vooruit, CD&V, N-VA en Groen! gingen hier graag op in; PVDA kon helaas niemand afvaardigen op het symposium.
Open VLD: "Onderwijsaanbod afstemmen op de arbeidsmarktvraag"
"Er is de voorbije jaren te weinig aandacht geweest voor het beroeps- en technisch onderwijs", vindt Jean-Jacques De Gucht, Vlaams Parlementslid en lid van de Commissie voor Onderwijs voor Open VLD. "De hervorming hiervan, op het vlak van organisatie en financiering, wordt dan ook een van de grote uitdagingen voor de volgende legislatuur."
Problemen
"Als we inzoomen op de top tien van huidige knelpuntberoepen, dan zien we dat de helft daarvan technische beroepen zijn. Onze secundaire scholen slagen er helaas niet in om die in te vullen. Zij bieden soms opleidingen aan waar niemand om vraagt, of schrappen juist opleidingen waar de arbeidsmarkt naar snakt. We zien ook dat scholen uit een verschillend net in dezelfde wijk exact dezelfde opleidingen aanbieden en geen samenwerking aangaan. Ze tellen elk slechts enkele leerlingen en vinden zo geen geld om dure machines aan te kopen", kaart De Gucht aan.
"Ook in het hoger onderwijs gaat er te weinig aandacht naar technische beroepen. Daardoor gaan Vlaamse bedrijven arbeidskrachten zoeken in het buitenland, bouwen ze hier bepaalde activiteiten af door het tekort aan technisch geschoold personeel, of verhuizen ze die zelfs volledig naar het buitenland", aldus nog de Open VLD-politicus.
Oplossingen
Maar wat zijn de oplossingen hiervoor? "Volgens ons is het noodzakelijk dat leerlingen in de basisschool reeds getriggerd worden om een beroeps- of technische opleiding te volgen. In de eindtermen moet er dus voldoende aandacht gaan naar STEM en deze leerlingen moeten een duidelijk beeld krijgen van de mogelijkheden in deze richtingen. Ook voor het hoger onderwijs is diezelfde oriëntering cruciaal en moeten we afstappen van het zogeheten watervalsysteem van 'afzakkers'. Elke leerling moet zijn talenten maximaal benutten, afgestemd op de arbeidsmarkt."
"Het is absurd dat twee scholen uit een verschillend net in dezelfde wijk niet samenwerken" - Jean-Jacques De Gucht, Open VLD
"Het huidige financieringssysteem van het beroeps- en technisch onderwijs moet gewijzigd worden: van een aanbod- naar een vraaggestuurd model", vervolgt De Gucht. "Dit moet de secundaire scholen aanzetten om dié opleidingen aan te bieden waar er effectief vraag naar is. Die rationalisatie moet er bovendien komen over de netten heen. We moeten scholen stimuleren om samenwerkingen aan te gaan, zodat zij niet alleen de noodzakelijke investeringen kunnen doen voor kwalitatieve opleidingen, maar ook over voldoende vakleerkrachten kunnen beschikken."
"Elke leerling moet tijdens zijn opleiding een bedrijf van binnenuit gezien hebben, zodat die over bruikbare ervaring beschikt wanneer hij of zij op de arbeidsmarkt komt", klinkt het verder. "Het onderwijs en de bedrijfswereld moeten dus nog meer samenwerken om jongeren samen op te leiden voor arbeidsmarktgerichte opleidingen. Hiervoor is financiering nodig, maar ook verantwoording. Lokale besturen kunnen hierbij een coördinerende rol spelen, want zij hebben goed zicht op de lokale noden en zijn een spil in een netwerk van alle actoren die ertoe doen."
Vlaams Belang: "Vaktechnisch onderwijs in ere herstellen"
"In onze algemene onderwijsvisie gaan wij uit van het KLAS-principe, wat staat voor 'Kwaliteitsvol', 'Leidinggevend', 'Adequaat' en 'Sociaal'. Wij zien het vaktechnisch onderwijs als een product én een motor van kunde en innovatie", zegt Jan Laeremans, Vlaams Parlementslid en lid van de Commissie voor Onderwijs namens Vlaams Belang.
"In de jaren 90 heeft men de eindtermen ingevoerd, om de verschillen tussen de verscheidene opleidingsvormen zo klein mogelijk te maken. Dit heeft evenwel geleid tot een 'ASO-isering' en een devaluatie van het vaktechnisch onderwijs: 'probeer maar eerst ASO en desnoods kun je afzakken'. Een beroeps- of technische opleiding moet echter een bewuste keuze zijn, voor trotse, gemotiveerde leerlingen."
Beleidsvoorstellen
"Daarom vragen wij om een Staten-Generaal voor technisch en beroepsonderwijs, als een structureel adviesorgaan. Er is ook nood aan een herwaardering van het vaktechnisch onderwijs, door de eigenheid en eigenwaarde hiervan in ere te herstellen. Als een leerling na de lagere school al weet dat hij met zijn handen wil werken, reik hem dan meteen de juiste competenties aan, in plaats van hem twee schooljaren te laten 'verspillen' aan een algemene vorming", oppert de Vlaams Belang-politicus.
"In de eerste graad willen wij meer differentiatie-uren toelaten in de A-stroom. De B-stroom willen we dan weer ontdubbelen in een praktijk- en een remedieerstroom, wat moet leiden tot een betere studiekeuze. Voor de tweede en derde graad willen we niet te veel algemeen-theoretisch gerichte minimumdoelen, en geen verlaging van de leerplichtleeftijd naar 16 jaar. Qua financiering vragen we een gerichter GOK-beleid, zodat de middelen terechtkomen bij die leerlingen die het echt nodig hebben. Daarnaast vinden we dat nieuwkomers voldoende Nederlands moeten kennen en dus lang genoeg in de OKAN-klas moeten verblijven voordat ze in ons onderwijssysteem worden opgenomen."
"Nieuwkomers moeten voldoende Nederlands kennen voor zij in ons onderwijssysteem worden opgenomen" - Jan Laeremans, Vlaams Belang
"Van leerkrachten uit de lagere school en de eerste graad van het secundair onderwijs verwachten wij dan weer dat zij STEM-bewuster worden gemaakt en vragen we dus meer mogelijkheden voor professionalisering van de praktijkvakken. Toekomstige leraren moeten ook stage lopen in het BSO en TSO, zodat zij deze onderwijssegmenten beter leren kennen. Tot slot roepen we op om te investeren in de infrastructuur van vakscholen. En bedrijven die kwaliteitsvolle stageplekken aanbieden, willen wij financieel belonen", aldus Laeremans.
Vooruit: "Keuze voor een praktijkrichting moet een positieve keuze zijn"
"Onderwijs is voor onze partij een absolute prioriteit. Wij willen immers dat elk kind en elke jongere de kans krijgt om de beste versie te worden van zichzelf", stelt Hannelore Goeman, Vlaams Volksvertegenwoordiger, fractievoorzitter en lid van de Commissie voor Onderwijs voor Vooruit.
"Ons onderwijs gaat er jammer genoeg op achteruit. Dat is onder meer te wijten aan het lerarentekort, dat zeker in het vaktechnisch onderwijs problematisch is. Hierdoor morsen we met talent, terwijl vacatures voor technische en beroepsprofielen niet ingevuld raken. Zes concrete pistes moeten het tij doen keren", meent ze.
Zes pistes
"Eerst en vooral: words matter. Er wordt vandaag nogal neerbuigend gesproken over leerlingen in het technisch en beroepsonderwijs. Als we willen dat jongeren fier zijn op hun stiel, dan moeten we die fierheid ook uitdragen in ons taalgebruik. Daarnaast zien wij een grote kans in de nieuwe eindtermen voor het basisonderwijs, waarbij lagere schoolkinderen al moeten kunnen proeven van praktijkvaardigheden. Daar wordt dus de basis al gelegd", zegt Goeman.
"Cruciaal is ook dat de keuze voor een praktijkrichting een positieve keuze is; en niet volgt na een parcours van teleurstelling en frustratie. Daarom moeten in de A-stroom alle opties worden open gehouden bij de studiekeuze voor de tweede graad. Voor de B-stroom willen we van het eerste jaar een remediëringsjaar maken en van het tweede jaar een voorbereidingsjaar. Het stokpaardje van onze partij is de betaalbaarheid van onderwijs, zodat elke jongere die richting kan volgen die hij wil volgen. Daarom pleiten wij ook voor het secundair onderwijs voor een maximumfactuur."
"Ook voor het secundair onderwijs pleiten wij voor een maximumfactuur" - Hannelore Goeman, Vooruit
"Als vijfde punt schuiven we de noodzaak voor state of the art-infrastructuur naar voren", somt ze verder op. "Nieuwe machines wakkeren de motivatie aan bij zowel leerkrachten als leerlingen, en vormen de beste voorbereiding op de toetreding tot de arbeidsmarkt. Dat vraagt om investeringen, maar we zien hierbij ook een win-winsamenwerking met bedrijven, die hun infrastructuur gedeeltelijk kunnen openstellen voor scholen. Tot slot geloven wij namelijk heel sterk in het potentieel van 'leren op de werkvloer' en we zijn dan ook grote voorstander van het idee van duaal leren. Daarbij streven we evenwel naar een andere architectuur van dit systeem, dat nu te veel papierwerk vereist."
CD&V: "Werkvloer moet de grootste school worden"
Brecht Warnez is Vlaams Volksvertegenwoordiger en plaatsvervangend lid in de Commissie voor Onderwijs namens CD&V. "We leven in een maatschappij die continu verandert, met nieuwe jobs die ook nieuwe competenties vergen. Er is dus nood aan levenslang leren en arbeidsmarktgericht onderwijs", weet hij.
Beroepskwalificaties
"Bij het bepalen van het onderwijsaanbod zijn de beroepskwalificaties voor ons essentieel, verrijkt met eindtermen voor de algemene vorming. Daarbij is het voor ons wel belangrijk dat de vrijheid van onderwijs gerespecteerd wordt. Enerzijds mogen we die vereiste competenties niet al te detaillistisch invullen, omdat de noden van de arbeidsmarkt snel veranderen. Anderzijds moeten leerkrachten hun praktijkervaring via die vrijheid op de klasvloer kunnen brengen. Als de beroepskwalificaties worden vernieuwd, dan moeten de sectoren en het onderwijs dit schouder aan schouder bekijken", vindt Warnez.
Werkplekleren
Leren doe je overigens volgens de CD&V-politicus niet alleen in een klaslokaal. "De ambitie moet zijn dat de grootste school van Vlaanderen de werkvloer is. Wij willen het duaal leren daarom verder uitbreiden - niet alleen in het secundair onderwijs, maar ook in het volwassenenonderwijs - en verder inzetten op ECV- en IBO-trajecten. We willen ook werk maken van een stageplaatsdatabank en ondersteunen bestaande initiatieven zoals mini-ondernemingen, regionale technologische centra en gastleraren", klinkt het.
"De doelstelling moet zijn dat elke jongere een leer- en leefervaring kan hebben en dat dit kosteloos is. Wij willen de financiële drempels voor bijvoorbeeld bedrijfsbezoeken dus wegwerken, zowel voor scholen als bedrijven. We ondersteunen samenwerkingen hierrond, zoals lokale beurzen voor stageplaatsen of jobs. Daarom zijn wij vragende partij voor een nieuw actieplan 'ondernemend onderwijs'."
"De wetgeving en het papierwerk zijn drempels die samenwerkingen tussen het onderwijs en ondernemingen in de weg staan" - Brecht Warnez, CD&V
Drempels wegwerken
"Ook de veiligheids- en arbeidswetgeving of de angst voor extra papierwerk zijn drempels die samenwerkingen tussen het onderwijs en ondernemingen in de weg staan. Dit moeten we dus screenen en aanpassen, samen met de ondernemers. Voor leerlingen is de mobiliteit dan weer een struikelblok, wat maakt dat zij soms niet op de meest geschikte stageplek terechtkomen, doordat die niet bereikbaar is met het openbaar vervoer. Ook daar moeten we dus iets aan doen."
N-VA: "BSO en TSO toekomstgerichter maken"
"De arbeidsmarkt schreeuwt om technische profielen, wat ons tot nadenken stemt", vindt ook Simon Vandenhende. Hij is Raadgever Onderwijs op het kabinet van Vlaams minister Weyts, waar hij zich onder meer over de toekomst van ons TSO en BSO ontfermt. Hij haalde de drie speerpunten van N-VA aan.
Betere toeleiding naar BSO en TSO
Vandaag kiezen te weinig leerlingen voor BSO of TSO, al lijkt de kentering nu ingezet. "Onbekend maakt onbemind", verklaart Vandenhende. "De mogelijkheden binnen deze segmenten zijn dus te weinig bekend, of ze kampen met een negatief imago. Daar moeten we absoluut van af, door Vlaamse talentcenters in te schakelen en door nog sterker in te zetten op STEM. Dit is weliswaar op een geïntegreerde manier, waarbij de techniek- en wetenschapsvakken dus samenkomen. Ook in het basisonderwijs moet er overigens al wat voeling zijn met techniek", suggereert hij.
Sterker praktijkgericht aanbod
"Daarnaast moeten we het BSO en TSO praktijkgerichter maken, gelinkt aan de effectieve noden uit de arbeidsmarkt. Dat willen wij oplossen met duaal leren, ook voor ongekwalificeerde schoolverlaters, en een stageverplichting voor leerlingen uit de derde graad. Voorts is er ons XR-actieplan, waarmee leerlingen al op jonge leeftijd praktijksituaties kunnen meemaken die ze omwille van de veiligheid of kosten moeilijk in real life kunnen ervaren. Denk maar aan onderwaterlassen of medische handelingen. Dit kunnen ze dan later verfijnen, wanneer ze rijp zijn voor het echte werk. Tot slot is er het excellentiefonds voor bijvoorbeeld wedstrijden, zodat we de lat ook in het BSO en TSO hoog kunnen leggen, zoals in het ASO."
"Ook in het BSO en TSO moeten we de lat hoog leggen" - Simon Vandenhende, N-VA
Betere match tussen scholen en bedrijven
"Voor de samenwerking tussen het onderwijs en het werkveld hebben wij al enkele innovatieve personeelsmaatregelen getroffen. Denk maar aan gastleraren die hun praktijkervaring delen op de klasvloer, dienstverleningscontracten voor wie over een pedagogisch diploma beschikt en zij-instromers die de overstap maken van de privésector naar het onderwijs, met behoud van tot 15 jaar anciënniteit. Tot slot zien ook wij de regionale technologische centra als een belangrijke schakel om de brug te slaan tussen scholen en bedrijven", aldus de N-VA-politicus.
Groen: "Zonder technologie geen duurzame, groene toekomst"
"Wij hechten veel belang aan sterk technisch onderwijs. Technologie is immers een belangrijke bondgenoot voor de uitdagingen waarmee we de komende jaren geconfronteerd zullen worden, zoals de klimaatopwarming. Daar zijn natuurlijk ook technische profielen voor nodig", begint Nadia Naji, covoorzitster van Groen.
Vrije keuze
"Een eerlijke kans voor elke leerling start op school en vertrekt vanuit ieders talenten en interesses. Daarom moeten we hen al vroeg toeleiden naar de juiste, passende studierichting. De kosten mogen geen rol spelen in die keuze, wat vandaag helaas wel dikwijls het geval is. Het zijn nu net de technische richtingen die veel geld kosten, en waar velen dus voor afhaken. Daarom pleiten wij ervoor dat schoolmateriaal volledig gratis is, zodat dit een volledig vrije keuze wordt."
"Als je een studiekeuze maakt, moet je als leerling ook weten waarvoor je kiest. Daarom willen wij dat leerlingen in de eerste graad al kennismaken met technologische vakken, zodat je weet wat die inhouden en of die jouw liggen. We willen hierbij trouwens ook speciale aandacht voor meisjes, bijvoorbeeld door meeloopstages te bevorderen."
Zes principes
Voor de toekomst van het vaktechnisch onderwijs schuift de covoorzitster zes principes naar voren. "Ten eerste willen wij een goede mix tussen technische kennis en algemene kennis, zodat jongeren opgroeien tot kritische volwassenen en zich later eventueel kunnen heroriënteren. Daarnaast moeten zij op de werkvloer kunnen leren, zodat ze in aanraking komen met de nieuwste technologieën en ervaren hoe ze hun kennis kunnen toepassen. Aansluitend daarop scharen wij ons achter het principe van duaal leren, op voorwaarde dat er een goeie ondersteuning is", aldus Naji.
"Schoolmateriaal moet volledig gratis zijn, zodat de studiekeuze een vrije keuze wordt" - Nadia Naji, Groen
"Zij-instromers die het engagement aangaan om het leerkrachtentekort op te vangen en jongeren op te leiden, mogen wat ons betreft niet zo veel loonverlies leiden door de huidige anciënniteitsberekening. Zij moeten beter ondersteund worden en de juiste opleiding krijgen: op maat en in combinatie met hun werk. Verder vragen wij meer budget, zodat scholen de materialen kunnen aankopen die zij nodig hebben voor hun opleidingen. Tot slot geloven we in levenslang leren. Daarom vinden wij dat elke werknemer elk jaar recht moet hebben op vijf werkdagen voor extra bijscholing; ook in kleine bedrijven", besluit de covoorzitster van Groen.