Fysische eigenschappen van hout

Hout is een natuurlijk materiaal. Het is sterk, warm, mooi én levend. Dat betekent dat het zich anders kan gedragen dan metaal of plastic. Het is belangrijk dat je de fysische (natuurlijke) eigenschappen van hout begrijpt. Zo kan je slimmer werken en fouten vermijden.
Volumieke massa (dichtheid)
Elke houtsoort heeft zijn eigen volumieke massa. Dat is het gewicht van hout per kubieke meter (kg/m³). Dit zegt iets over hoe zwaar of licht hout is, en vaak ook hoe sterk het is.
- Zwaar hout zoals eik is vaak harder en sterker, maar moeilijker te bewerken.
- Licht hout zoals vuren is makkelijker te bewerken, maar minder sterk.
Hout wordt vaak vergeleken op basis van het gemiddelde gewicht bij 12% vocht, omdat dat een normale droogte is voor binnengebruik.
Waarom belangrijk?
De volumieke massa helpt je kiezen welk hout het beste past bij jouw project: licht of zwaar en sterk. Voor meubels gebruik je soms zwaarder hout, voor wanden of dakstructuren vaak lichter hout.
Anisotropie (richtingsafhankelijkheid)
Hout is anisotroop, dat betekent dat het zich anders gedraagt in de verschillende richtingen. Dat komt omdat hout is opgebouwd uit vezels die in de lengterichting lopen.
- Langs de vezels (de lengterichting) is hout sterker en stabieler.
- Dwars op de vezels is hout zwakker en krimpt of zet het meer uit.
Waarom belangrijk?
Het is belangrijk om de nerfrichting te respecteren als je hout gebruikt in een project en als je gaat zagen, schroeven of schuren.
Hygroscopie (vocht opnemen en afgeven)
Hout is hygroscopisch: het neemt vocht op uit de lucht, en geeft het ook weer af.
- Bij hoge luchtvochtigheid (bv badkamer, buiten) zet hout uit.
- Bij droge lucht krimpt hout.
Het water in het hout noemen we het houtvochtgehalte dat is de verhouding tussen de gewicht van het hout met het opgenomen water en het gewicht van het hout in droge toestand (0% vocht). Vers gekapt hout kan tot 200% vocht bevatten.
Waarom belangrijk?
Hoeveel vocht in hout zit, bepaalt hoe geschikt het is voor specifieke toepassingen. Te veel vocht in het hout kan zorgen voor barsten, kromtrekken of loskomende verbindingen. Daarom laat je hout acclimatiseren (wennen aan de ruimte) vóór je het verwerkt.
Hardheid
De hardheid van hout geeft aan hoe goed het bestand is tegen indrukken en krassen. Harde houtsoorten zoals beuk of eik zijn ideaal voor toepassingen zoals vloeren of werkbladen. Zachtere houtsoorten zoals den of populier zijn dan weer geschikt voor licht of snel timmerwerk.
Er zijn verschillende manieren om de hardheid van hout te testen. De twee bekendste zijn de Brinell-test en de Janka-test. Bij beide testen wordt een klein stalen bolletje in het hout gedrukt tot het er voor de helft in zit. Hoe meer kracht je daarvoor nodig hebt, hoe harder het hout is. De uitkomst van de test wordt uitgedrukt in Newton (N) – dat is een maat voor kracht.
Waarom belangrijk?
Hoe harder het hout, hoe beter het tegen een stootje kan. Daarom is hardheid belangrijk bij de keuze van de houtsoort voor toepassingen die veel gebruikt worden of zwaar belast worden.
- Een massieve houten vloer moet tegen hakken en zware meubels kunnen zonder snel beschadigd te raken.
- Een tafelblad of traptreden moeten sterk genoeg zijn om op te werken of spullen op te schuiven zonder dat er snel krassen of deuken in komen.
Hout en brand
Hout is een ontvlambaar en brandbaar materiaal, maar in tegenstelling tot wat velen denken heeft het een grote brandweerstand wat wil zeggen dat het langzaam en voorspelbaar brandt.
- Bij brand vormt hout een verkoolde laag, die het binnenste tijdelijk beschermt.
- Hierdoor stort een houten constructie niet meteen in, in tegenstelling tot staal.
Waarom belangrijk?
In de bouw gebruikt men daarom soms massief hout in plaats van staal, juist omwille van de brandveiligheid.
Thermische eigenschappen
Thermische eigenschappen van hout gaan over hoe hout omgaat met warmte. Hoe goed het warmte vasthoudt (isolatie), opwarmt of afkoelt en hoe het reageert op temperatuurverschillen (krimpen en uitzetten). Hout is een slechte geleider van warmte, dus het is een goede isolator.
- Dat betekent dat hout warm aanvoelt (in tegenstelling tot koud metaal).
- Houten muren en vloeren houden warmte goed vast.
Waarom belangrijk?
Hout isoleert goed, dus het helpt om warmte binnen te houden.
- Handig bij energiezuinig bouwen, omdat je minder hoeft te verwarmen.
- Hout voelt ook aangenaam warm aan, in tegenstelling tot metaal of steen wat het comfort verhoogt.
Om al die redenen wordt hout vaak gebruikt in woningen, sauna’s, meubels en warme interieurs.
Akoestische eigenschappen
Akoestische eigenschappen gaan over hoe hout omgaat met geluid. Hout kan geluidstrillingen opnemen, doorsturen en dempen. Het zorgt voor een warme, zachte klank en helpt om harde echo’s te verminderen.
- Dat maakt hout perfect voor muziekinstrumenten (zoals gitaren, violen en piano’s).
- Ook in zalen of studio’s wordt hout gebruikt voor een warme en aangename klank.
Waarom belangrijk?
Hout is belangrijk voor hoe iets klinkt of geluid dempt. Als je wil dat je project goed klinkt of minder lawaai maakt, moet je opletten welk hout je gebruikt.
- Een drumstel van eik klinkt anders dan een drumstel van vuren.
- In een klas of werkplaats zorgt hout ervoor dat geluid minder weerkaatst dan bij beton of tegels.



